Veroudering wordt wel omschreven als het geheel van fysiologische processen dat leidt tot veranderingen in de structuur en functie van organen en orgaansystemen, resulterend in een geleidelijke afneming van de reserve capaciteit en een toenemende gevoeligheid voor ziekten en overlijden. Als zodanig is het geen “aftakeling” maar een zinvolle fysiologische aanpassing op specifieke eisen van het organisme in diverse levensfasen. Wat het maagdarmstelsel betreft blijkt dat tot op hoge leeftijd het adaptatie vermogen en de reserve capaciteit behouden blijven en pas in het achtste decennium degeneratieve veranderingen optreden. Achteruitgaande functies op eerdere tijdstippen blijken te berusten op ziekten en vandaar dus het belang van zo gezond mogelijk oud te worden. Per deel van het maagdarmstelsel zullen de veranderingen en de consequenties voor de voeding van de oudere worden besproken, niet alleen van belang voor de ouderen, maar zelfs voor de nu jubilerende diëtist want al vanaf het 25e jaar begint de veroudering in te zetten!
Lisbeth (E.M.H.) Mathus-Vliegen, MDL arts, Em. Hoogleraar Klinische Voeding, Academisch Medisch Centrum, Universiteit van Amsterdam.